Elf jaar was het. Gisteren was het elf jaar geleden.
De dag zelf was een poppekast. Dat vond zij. Het regende zelfs. Ze voelde zich belachelijk in haar jurk. Ze voelde zich bekeken. Ze voelde zich figurant in de geflopte film van haar leven. Dat was elf jaar geleden.
Gisteren. Vergeten wilde ze. Ze kon zelfs niet veinzen. Sms-jes regelrecht de prullebak in. Telefoon laten rinkelen. Slechts een kaart ongelezen op de piano. Het was immers van zijn kant.
’s Avonds klonk het vluchtig: gefeliciteerd. Ze keek hem recht aan, wende haar hoofd af, dacht: ‘gecondoleerd ja’ en haastte zich naar boven.
Was ze zo verhard in al die jaren? Het bleek. Het bleek uit zoveel momenten. Hoewel ze smachtte, was het niet naar hem. De geluiden van het net te hard de pannen in de kastjes zetten, kletterende borden werden opgeruimd, ze hoorde zijn pijn erdoorheen.
Elf jaar was het. Het wonder zit altijd in de kinderen.
Je voelt zijn pijn.
Zijn frustratie.
Ooit hield ze van hem…toch?
En nu…ze keek hem aan, ze draaide haar hoofd weg.
God , dat deed zeer. Haar ogen vertwijfeld en leeg.
Wat was er nu dan over…niets, ja de vaat.
Hij ruimde het op. Te hard.
11 jaar…
Je voelt haar pijn.
Haar frustratie.
Was ze zo hard geworden?
Nee, ze was juist uiterst gevoelig.
Ze keek hem aan, zag zijn … ja wat?
Ze draaide haar hoofd weg en ging naar boven.
Hij was het niet..meer
11 jaar…
Een mooie aanvulling.