praten praten een gat in de lachende nacht
figureren in een stad van veinzen
veinzen van geslaagdheid
op zoek zijn en iedereen is mooi
kijk ik takel al
dreigend de afgrond in van
vieze aarde en zwevende ziel
verbazend zie ik een dwaze gerustheid
in de herkenning van wanhopende zielen
ik bazel en het mag
wat zeg je de helft gaat langs je heen
kijk ze dansen kijk de prooien
kijk de dwazen zijn ze niet wijs
zie de ogen van hen die daar niet horen
gevangen in het zijn op de plek van nu of nooit
verbaas mijn ziel, kijk gelukkigheid
Het liefst zou ik zoenen
de verliefde onzekerheid van de twee mannen
ze zijn op elkaar
De vrouw bij het raam
Vertrekt verdwijnt
En zucht
Voelt ze wel mijn armen
Ik dacht mijn armen om haar heen
achter de regenboog
jus d’orange en alcohol
Mooi geschreven, heerlijk taalgebruik, begrijpelijke gevoelens